• Banner Welkom in De Rank
  • Liturgisch centrum De Rank, wit

  • Liturgisch centrum De Rank, paars

Na tien maanden van sponsoractiviteiten en voorbereiding, was het eindelijk zo ver. Op 7 augustus om half 6 ‘s ochtends verzamelden de Gambia-gangers zich, met een uitzwaaicomité, op het evenemententerrein om af te reizen naar Brussel (zie vlog). In de bus werd de sfeer er meteen goed ingezet door Niels, die een Ernst en Bobbie playlist had aangezet. Voor sommige mensen was dit iets teveel gezelligheid op de vroege ochtend. Toch zorgden deze liedjes voor een leuke sfeer tijdens onze werkvakantie.

Na een lange vliegreis en tussenstop in Dakar, kwamen we aan in Banjul, de hoofdstad van Gambia. Daar maakten we direct kennis met de warmte, plakkerigheid en lawaai in dit land. We werden hartelijk begroet door pastor Seal, onze contactpersoon bij het project. Alle bagage werd in een truck geladen, en wij propten ons in de andere (rode) truck. Alleen Kees kreeg een speciaal plekje voorin het busje van Seal. De rode truck en het busje zouden deze weken ons vervoermiddel worden. De eerste rit naar Serrekunda was voor de meesten al een hele belevenis. Het verkeer is een enorme chaos van toeterende en stinkende auto’s en overal langs de weg zie je troep. Omdat de dag erna een islamitische feestdag was, kwamen we ook langs een enorme geitenmarkt. De mensen zien ons, blanke mensen in een truck, als een soort toeristische attractie en er werd veel naar ons gezwaaid en geroepen. Overal hoor je kinderen het woord “tubab” roepen, wat zowel 'rijke' als 'blanke' betekent.

Eenmaal in Fajara bij de school aangekomen, kregen we gelukkig eerst te eten. Daarna zochten we een bed uit en hingen onze klamboe op. Die avond hebben we meteen uitgebreid kennisgemaakt met onze nieuwe huisdiertjes, de kakkerlakken.

Lees hier ook de blogs en bekijk de vlogs vanuit Gambia

De meeste dagen waren opgedeeld in een ochtend- en middagblok, waar we werden ingedeeld bij de bouw, cook & clean of het kinderwerk. Het bouwen bestond voornamelijk uit cement of beton scheppen en stenen maken. Later werd er door ons ook gemetseld en beton gegoten. De bouw ging door tot de materialen op waren of de planning van die dag was bereikt. Zo kwam het dus wel eens voor dat de bouwploeg na een uur alweer kon stoppen en lekker mocht gaan douchen onder de tuinslang. 

Het kinderwerk (zie vlog) werd ‘s ochtends gedaan op een school twee straten verderop en een paar keer op een andere locatie. Er werd begonnen met zingen en een bijbelverhaal, waarna de kinderen een knutselwerk je kregen waar ze een uur zoet mee waren. De kinderen luisterden aandachtig en vonden de werkjes leuk om te doen. Daarna gingen we nog een spelletje doen en voetballen of touwtjespringen tot het tijd was om terug te gaan voor de lunch. 

De cook & clean ploeg, onder leiding van mama Agnes, was verantwoordelijk voor de afwas en kleine schoonmaakklusjes. Daarnaast hielpen ze de vrouwen die voor ons kookten met het wassen en snijden van groenten.

In tegenstelling tot wat ons van tevoren was wijsgemaakt, hebben we niet alleen maar kip met rijst of rijst met kip gegeten. De maaltijden waren afwisselend pasta, rijst, couscous of patat en er was zelfs aardappelpuree. Daarnaast was er kip of vis en vaak een saus met aardappel en veel ui. Fruit was favoriet en volop aanwezig. Er werd ontzettend goed voor ons gezorgd.

De zaterdagochtenden stonden in het teken van uitdelen van kleding, speelgoed en levensmiddelen in arme buurten. Het tweede bezoek was bij een vuilnisbelt. Bij het uitdelen was het een enorme chaos, waarbij kinderen elkaar verdrongen om een
T-shirt of een fidget spinner te bemachtigen (zie vlog). Op zaterdagmiddag stond sport en spel met de lokale jeugd op het programma. Eerst een hardloopwedstrijd, waarbij water in een flesje moest worden gegoten, en daarna voetballen. Onder luide aanmoedigingen (“sport je lekker fit”, zie vlog) van de supporters wonnen de meisjes na strafschoppen en werden de jongens dik ingemaakt.

Een leuke afsluiting was het zingen en dansen op Afrikaanse muziek. Omdat na een week een deel van de groep een korte tijd ziek werd, waren we niet fit genoeg om de tweede zaterdag weer te gaan sporten. Of waren we misschien bang om weer te verliezen?

We bezochten op zondagochtend de kerk, waar Seal pastor is (zie vlog). Het gaat daar heel anders dan wij in Nederland gewend zijn. Om te beginnen duurt de dienst zo’n drie uur. Het begon met een filmpje, waarna een korte groepsdiscussie werd gehouden en een link met de Bijbel werd gelegd. Vervolgens werd er een uur lang zonder pauze gezongen. Je moet je voorstellen dat de muziek knetterhard stond en er wel een beamer was, maar die volgde de muzikanten niet, dus wij konden er niet veel van volgen. Na dat uur werd er eerst gebeden en daarna begon de preek. Die ging over de gaven van de Geest en daarna over liefde. De boodschap was love = give + forgive en to forgive until it hurts. Al met al was het behoorlijk intens. In beide diensten hebben wij twee liederen gezongen. De laatste dienst (zie vlog) begonnen we met ‘Diep, diep, diep als de zee’ in het Nederlands en het Engels. Daarna zongen we ‘Don’t build your house on a sandy land’. Al zingend en klappend gingen we door de kerkzaal heen. De andere bezoekers klapten mee en sloten aan in de rij. Wat een feest! Seal liet weten dat zij een voorbeeld kunnen nemen aan ons als het gaat om dansen en bewegen in de kerk.



Na de dienst stapten we al zingend in de rode truck en lieten ons naar de school en na het eten naar het strand brengen. Hoewel we in het regenseizoen in Gambia waren, was het tot nu toe droog geweest. De bouwvakkers hadden ons al verteld dat er veel te weinig regen was gevallen en dat dit grote gevolgen zou hebben voor de oogst. Die zondagavond stonden we met een klein groepje buiten de overkapping te praten toen Seal naar ons toe kwam en samen om regen wilde bidden. Dat op zich was al een aparte ervaring voor sommigen, maar wat helemaal bijzonder was, was dat het die nacht ontzettend hard heeft geregend. Zo hard dat het dak op meerdere plaatsen doorlekte (wat wel gelijk de vochtplekken op het plafond verklaarde). 

Op dinsdag en vrijdag gingen we in twee groepen naar de markt om stoffen te kopen om kleren te laten maken. Het was een enorm kleuren spektakel. Je moet je voorstellen dat de stoffenwinkels daar kleine hokjes zijn die helemaal volgestouwd zijn
met kleden. We hebben onze ogen uitgekeken. Dezelfde avond kwam er een kleermaker om de maten te nemen voor de kledingstukken die we gemaakt wilden hebben. We hebben een bezoek gebracht aan de kinderafdeling van het ziekenhuis en daarbij knuffels, kleurplaten en kleurpotloden uitgedeeld. Het was moeilijk om te zien hoe anders het ziekenhuis is vergeleken met hoe wij het in Nederland kennen (foto). De hygiëne was niet al te best. De zwerfkatten zaten zelfs binnen. De patiënten liggen daar puur voor de behandeling en zijn afhankelijk van hun familie voor eten. Buiten op de binnenplaats zaten heel veel mensen, die daar waren om voor zieke familie te zorgen. 

Om bij te komen van deze ervaring, stelde Seal voor om naar het apenpark te gaan. Daar hebben we door het bos gelopen terwijl de apen op ons af kwamen om pinda’s uit onze handen te grissen. Dat leverde leuke plaatjes op (foto). 

Op zondagmiddag en op dagen dat er minder te doen was, zijn we naar het strand geweest. Ons favoriete strand was Barista Beach, waar Helena, een Nederlandse, een strandtent heeft. Zij zet zich in voor dezelfde gemeenschap bij de vuilnisbelt. We
hebben spontaan van ons zakgeld een gift achtergelaten. Bij een eerder bezoek aan dit strand hebben we bij haar cadeautjes gekocht voor Marlies en Christa, die in de laatste week jarig zouden zijn.

In de laatste week waren we op woensdag en donderdag vrij en gingen we op excursie. Met de ferry staken we de rivier The Gambia over en reden we naar Fathala National Park in Senegal. Daar stapten we in drie open auto’s met bankjes en een
afdakje. We hobbelden over paadjes door het safaripark en zagen onder weg diverse dieren, zoals giraffen (foto), apen, antilopen, zebra’s en een neushoorn. De fotocamera’s klikten op volle toeren. Het was een prachtige ervaring. 

Voordat we donderdag op excursie door zuid Gambia gingen, hebben we eerst de jarige Marlies in het zonnetje gezet. Helaas was die dag het zonnetje ver te zoeken en viel er heel veel regen. In een open wagen met dak gingen we toch op pad. Weggedoken onder regenjassen, poncho’s en paraplu’s probeerden we al zingend de moed erin te houden. Na een bezoekje aan een batik-werkplaats en een drinkpauze vervolgden we onze natte tocht richting Paradise Beach. Het weer werd daar beter en onze kleren kregen de kans om te drogen. Op de terugweg gingen we nog langs het vissersdorp Tanji. Wat daarvan is blijven hangen is de drukte, de chaos en de stank. Donderdagavond stond in het teken van afscheid nemen van de mensen met wie wij twee weken hadden op getrokken en met wie we leuke momenten en mooie gesprekken hebben gehad. Na te hebben gedanst op opzwepende Afrikaanse muziek was het tijd voor een formeel momentje. Iedereen ontving een certificaat en een persoonlijk woord. Het werd nog persoonlijker toen we één voor een door een biddende en zingende haag mensen werden geleid. Het was een indringend moment met veel emoties. 

De laatste dag in Gambia hielden we ons bezig met Christa feliciteren (ze werd 18!), inpakken, souvenirs kopen en beseffen dat een prachtige periode tot een einde komt. Dit reisverslag kan moeilijk verwoorden wat we op persoonlijk vlak hebben meegemaakt. Iedereen heeft zijn of haar eigen verhaal en zal andere hoogtepunten noemen: het bouwen op een niet westerse manier, het omgaan met kinderen, de confrontatie met de andere cultuur, de primitieve omstandigheden, de persoonlijke contacten met Seal en alle medewerkers, de geloofsbeleving van de Gambianen, het klimaat, de natuur, de vele spelletjes, het omzien naar elkaar, de SOAP-momenten, de verdieping van vriendschappen en nog veel meer. 

Er is veel om dankbaar voor te zijn. Dank aan alle gevende, meelevende en biddende mensen. Dank aan God voor zijn zegen, in Gambia en ons verdere leven. Het was geweldig, het was awesome!

Agnes Alblas, Angelica Oudenaarden, Angelique van Vark, Anneloes Molenaar, Annemarije Vroegindeweij, Chris van der Maas, Christa Hagen, Ilana Tromp, Iris Mulders, Joëlle Konijn, Jonneke Vroegindeweij, Kees Alblas, Marinka Laban, Marlies Bresser, Nelisa Zandbergen, Niels Minnema, Patricia Bouman, Rachelle Harteveld, Robin van de Krol, Sabine Molenaar, Thom van Vark, Willemijn te Grotenhuis, Willemijn Vroegindeweij, Wouter Begeer en Wouter Smit