• Banner Welkom in De Rank
  • Liturgisch centrum De Rank, wit

  • Liturgisch centrum De Rank, paars

In onze dagen worden wij volop met de dood geconfronteerd. De dood is iets afschuwelijks en we zien hoeveel verschillende gezichten deze heeft.

We zien ook hoe grillig de dood om zich heen kan slaan en mensen treft die argeloos aan het winkelen zijn of wat stilte zoeken in een kathedraal in Nice. We slaan de handen voor ons gezicht, onze adem stokt bij zoveel leed.

Een Franse bisschop liet weten dat zijn verdriet oneindig is en hij zei: “Moge de vergevende geest van Christus zegevieren over deze barbaarse daden.”
Ongekend toch, waar je op zo’n moment de woorden vandaan haalt.

Een ander gezicht heeft de dood gekregen voor hen die een dierbare naaste verloren. Die je zo nabij was, is je ontvallen. Voor de een plotseling, voor de ander op een weg van langzaam afscheid nemen.
Het is een gat in je bestaan en je kunt er maar niet aan wennen. En toch zeg je, je moet door, al is de glans eraf. De dood, het is de grote spelbreker van leven. Het staat zó haaks op alles wat goed en liefdevol is. Het zou er niet moeten zijn – maar het is er wel. Vind je vertrouwen opnieuw in het leven?

Voor weer een ander was de dood een verlossing. Het leven was zwaar, lijf en leden waren op en er kwam gelovige berusting. Het leven is eindig en vindt haar voltooiing in de nabijheid van de Schepper, op de nieuwe hemel en de nieuwe aarde. De dood geeft dan wel een gemis, maar er is ook een besef: ‘het is goed zo.’ Je kunt de ander in vrede loslaten. 

De dood heeft vele gezichten. Het Evangelie zegt dat Jezus de dood recht in het gezicht keek. Hij liep er niet met een grote boog omheen. Het was niet dat Jezus zo dapper en onverschrokken was. Hij bleef vertrouwen op de wil van zijn Vader – deze
wil die groter was dan de dood. Het is de wil om mensen niet los te laten aan de dood, maar juist de wil om hen erdoor heen te halen. Daarom wekte Hij Jezus op uit de dood.

Wanneer we zondag 22 november de namen noemen van hen die in het afgelopen jaar zijn overleden, dan noemen we bij hun namen, stilletjes en gelovig, de naam van Jezus. De naam van Hem die is opgestaan.

ds. Harald Overeem