• Liturgisch centrum Ontmoetingskerk

  • Inrichting Ontmoetingskerk

  • Inrichting Immanuëlkerk

  • Liturgisch centrum Immanuëlkerk

Kerkomroep

Opnames uit de Ontmoetingskerk.
Opnamedatum wordt hieronder twee keer getoond: de ene is met video, de andere alleen met geluid.

----------------------
Privacy Verklaring

Gemeente van onze Heer Jezus Christus, de hoeksteen van ons vertrouwen in God,

Hebt u dat wel eens? Je hoort iets en je denkt, dat is eigenlijk niet goed, daar zou iets aan gedaan moeten worden of nog beter, daar zou ik eens iets aan moeten doen, maar ja er zijn zoveel zaken, die niet goed zijn en bovendien druk druk, ‘ik ren, dus ik ben’ en bijna ongemerkt verdwijnt het weer uit je aandacht. Totdat iemand anders het probleem vanuit een andere invalshoek ook aankaart en je denkt, hier kan ik niet meer omheen, nu wordt het tijd.

Dit overkwam mij bij dus bij het onderwerp ‘inclusief’ kerk zijn. Je zou het ook zo kunnen zeggen, zei ik zonet: ‘iedereen hoort erbij’. Maar hoe vanzelfsprekend dit op het eerste gezicht ook lijkt; zo eenvoudig is dit allemaal niet. Weet u bijvoorbeeld dat het regelmatig voorkomt dat mensen na een verhuizing van kerkganger niet kerkganger worden? Juist voor mensen die zich heel erg thuis voelden in hun oude gemeente is dit een groot risico.

Aansluiting wordt niet meer gevonden, omdat men het gevoel heeft er niet echt ‘tussen’ te kunnen komen. Dat kan komen, omdat de nieuwe gemeente zich niet echt gastvrij opstelt en openstaat voor nieuwe gezichten, maar ook omdat men de oude gemeente idealiseert en dan valt de nieuwe gemeente per definitie tegen. We menen het oprecht als we met elkaar zingen, zoals zonet: ‘voor ieder van ons een plaats aan de tafel’. Maar hoe doe je dat?

Wanneer hoor je er bij en wanneer niet? Is de tafel groot genoeg? Wat zegt de bijbel daarover? Nu is het niet zo, dat er daar een eenduidig antwoord op deze vraag te geven is, maar je kunt wel een ontwikkeling op het spoor komen, als je met deze vraag in je achterhoofd de bijbel zou doorpluizen. Simpel gezegd: hoe verder je in de bijbel komt, hoe meer openheid er is voor diegenen, die er eerst niet bij hoorden. Deuren gaan open, muren worden neergehaald en bruggen worden geslagen of hersteld.

Soms lijken teksten in de bijbel elkaar tegen te spreken en wordt voor je gevoel bijna het tegenovergestelde beweerd. Maar laten we niet vergeten, dat de bijbel een boek is, waarin mensen in verschillende tijden en omstandigheden vertellen over hun ervaringen met God. Gelovigen kunnen tot nieuwe opvattingen komen, omdat er sprake is van een groeiend inzicht in Gods bedoelingen met ons mensen.

En mocht u het dan lastig blijven vinden om met teksten om te gaan die elkaar tegenspreken, dan is de volgende benadering in mijn ogen heel vruchtbaar. Iemand zei eens in dit verband: we heten niet voor niets ‘Gemeente van onze Heer Jezus Christus’ en niet ‘Gemeente van de Bijbel’. Daarom hoeven we alles in de bijbel wat niet strookt met de levenswijze en de boodschap van Jezus Christus niet over te nemen. Iets om te onthouden, lijkt me.

Terug naar Jesaja 56. Voor ons klinken deze woorden vrij vertrouwd in de oren; op het eerste gezicht is het een oproep om als een rechtvaardig mens te leven en vreugde te vinden in de wet van de HEER. Dan zal het je goed gaan of zoals we zonet gezongen hebben in ons openingslied: Gezegend die zich aan Gods wetten voedt: het gaat hem wel in alles wat hij doet. Daar zullen de hoorders van toen ook niet van opgekeken hebben, denk je dan.

Maar het werd heel anders voor hen, toen ze vers 3 hoorden: ‘De vreemdeling die zich met de HEER heeft verbonden, laat hij niet zeggen: ‘De HEER zondert mij zeker af van mijn volk.’ En laat de eunuch niet zeggen: ‘Ik ben maar een dorre boom.’ Hoor ik het goed, zullen ze gedacht hebben? Moeten wij de vreemdeling en de eunuch, een man die gecastreerd is, ook welkom heten in ons midden? Dat mocht toch helemaal niet, lees Deut. 23 er maar op na!

Dat was tegen hun zere been. Jesaja zegt deze woorden namelijk tegen het Joodse volk, dat teruggekeerd was uit ballingschap. Ze zijn een hele kleine minderheid en ze zijn druk bezig met de vraag, hoe ze zich kunnen handhaven te midden van een overgrote meerderheid van mensen, die een heel andere leefwijze en overtuiging hebben. Deze woorden van Jesaja vielen als een steen in de toch al niet rimpelloze vijver.

Er was al onenigheid genoeg over bijvoorbeeld het wel of niet toestaan van gemengde huwelijken; en zal voor veel discussie en onrust gezorgd hebben. Immers: als je nieuwe mensen toelaat met andere gewoonten en een andere achtergrond in je vertrouwde groep, is dit spannend. Want welke gevolgen zal dit hebben voor je eigenheid? Zal alles dan nog wel zo kunnen blijven als het was? Wat zet je allemaal wel niet op het spel, als je dit laat gebeuren?

Natuurlijk wisten ze ook wel, dat Abram een nieuwe naam van God gekregen had, toen God met hem een verbond gesloten had. Abraham zou hij voortaan heten: ‘vader van vele volken’ betekent dit. Deze belofte heeft als het ware eeuwen lang als zaad gesluimerd in de aarde, maar nu komen de eerste kiemen op. Ook de eunuch en de vreemdeling, die God willen liefhebben en zich aan Zijn geboden houden, horen erbij en mogen meedoen. Afkomst en milieu doen er niet langer toe, het gaat om het doen van recht en gerechtigheid.

In de volgende verzen wordt er een tipje van de sluier opgelicht van waar ze, waar wij ook naar mogen uitzien. De eunuch wordt niet langer als probleem gezien: iemand die geen zonen of dochters kan krijgen, maar in de ogen van God is hij een unieke persoon: hij krijgt een eeuwige naam, een naam die onvergankelijk is: zijn naam staat gegrift of om een woord van deze tijd te gebruiken getatoeëerd in de palm van Gods hand. Hij krijgt een gedenkteken, in het Hebreeuws staat er het woord Yad Vashem; misschien kent u het wel als de naam van het Israëlische monument, dat de slachtoffers van de Holocaust en de redders van de Joden gedenkt met o.a. 4,5 miljoen namen.

In die beloofde heilstijd zal de tempel heten ‘Huis van gebed voor alle volken’; dan bestaan er geen vreemdelingen meer. Als je daar over doordenkt: het woord vreemdeling zal uitsterven, wordt een woord van vroeger. Het wordt een woord als lantaarnopsteker, een beroep dat ook niet meer bestaat. Als christenen geloven wij dat met Jezus deze tijd is aangebroken. Want door Hem laat God zien, dat er nog een groter plaatje is. Gods toekomst beslaat de hele aarde. Zoals we straks ook zullen zingen: “samen op de aarde, dat beloofde land.

Als je Efeziërs 2 leest, besef je pas echt goed, hoezeer de bakens verzet zijn. We horen over een nieuwe gemeenschap van joden en heidenen, waarin de vrede van Christus concreet handen en voeten krijgt. Verdeeldheid en onderling wantrouwen maken plaats voor eenheid en vertrouwen. Omdat Christus onze vrede is, zijn er geen vreemdelingen en bijwoners meer. Iedereen die hierop vertrouwt is een levende steen in een nieuwe tempel, nu geen gebouw meer, maar een gemeenschap van mensen, die met vallen en opstaan probeert in de voetsporen van Jezus te gaan. Hij heeft immers laten zien, hoe God ons mensen bedoeld heeft, waarvoor we in de wieg gelegd zijn: ‘leven naar Gods beeld en gelijkenis’.

Jezus wordt de hoeksteen van dit gebouw genoemd: ik las zelfs ergens Hij is de ‘Chief cornerstone’. Op Hem rust heel het bouwwerk; Hij is het fundament waar wij op staan. Een andere uitleg van dit woord wil ik ook graag met u delen. Sommige exegeten zeggen, dat je dit woord beter kunt vertalen met sluitsteen. Ik vind dit een mooie gedachte, omdat je zo laat zien dat Christus in de toekomst garant staat voor een succesvol voltooien van de bouw van dit geestelijk huis. Een sluitsteen wordt in het midden van een boog gemetseld en vormt zo de afsluiting van de boog.

Deze misschien wel wat hooggestemde woorden gelden ook voor onze wijkgemeente. Wij hebben onze naam mee: ’t Spectrum schept in die zin verwachtingen. De uitdaging voor de komende tijd is om er voor te zorgen, dat onze veelkleurigheid handen en voeten krijgt. We hebben dit onlangs gedaan door ons bewust aan te sluiten bij ‘wijdekerk’: een organisatie die ijvert voor een onvoorwaardelijk openstaan voor christenen met een LHBT achtergrond. Maar ook nu, zoals we hier zitten, zijn er nog best stappen te zetten. Immers, wij zijn net mensen, en je bent geneigd om diegenen op te zoeken, die je al kent, soms al bijna je hele leven. Maar er is zoveel meer te ontdekken!

Om het in de beeldspraak van de kleuren te zeggen: pas echt veelkleurig wordt het als al die kleuren niet alleen naast elkaar bestaan, maar dat ze gaan mengen. Dan kan er een heel nieuw kleurenpalet ontstaan. Dit luistert wel nauw: misschien herinnert u zich nog een filmpje, dat de kinderen lieten zien bij fusiedienst, vorig jaar 29 november. Als je niet oplet, lopen de kleuren zo in elkaar over, dat er een nietszeggende grijs – zwarte kleur overblijft. Maar dat is niet de bedoeling!

Inclusief kerk zijn is niet alleen, dat iedereen erbij hoort, maar ook dat je je best doet om die ander te leren kennen. Als we elkaar uitnodigen om te vertellen wie we zijn en wat ons beweegt, kunnen er nieuwe kleuren ontstaan, omdat je een gezamenlijk enthousiasme deelt of dezelfde vragen en twijfels hebt. Kortom: er is werk aan de winkel.

Om daarmee een begin te maken, hebt u bij de ingang allemaal een kleurtje meegekregen. Ik wil u vragen, als u een kopje koffie of thee blijft drinken dit te doen met een paar mensen van dezelfde kleur, als u begrijpt wat ik bedoel. Met enige improvisatie kunnen we zo best een groepje van 4 mensen vormen. En u zult zien, gespreksonderwerpen komen vanzelf.

Mag ik een suggestie doen? Hoe kunnen we er voor zorgen, dat we een meer inclusieve gemeente worden, een gemeente waar iedereen zich welkom en thuis voelt?”.

In de Naam van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest.

Amen

Activiteiten